2022-03-06 beloofd land in zicht

Zondag 6 maart 2022
Gereformeerde kerk Nieuwendijk
Onderstaande teksten lagen voor mij, ze zijn ook beschikbaar als PDF.

Orde van dienst
Vooraf: filmpje Mercy Ships
(Luister- en kijk)lied vooraf: De Weg, uitvoering Passion 2021
Welkom (ouderling)

Komen
Ontsteken van licht (lichtjes KND en TD)
Lied 91a: 1, 2, 3 (Wie in de schaduw Gods mag wonen)
Op de drempel Bundeling gebeden
Leefregel Lucas 10: 25-28 (BGT)

Vastentijd.
Een tijd waarin we ons vasthoudend richten op wat God van ons vraagt.
Vasthouden aan wie Jezus voor ons is.
En ons daarbij vasthouden aan het vertrouwen op de Geest, de adem van God, in ons leven.
Dat vasten komt tot uiting in hoe we met onze medemens omgaan.
Ik wil nu een moment stil zijn.
Daarin kunnen we ons richten op wie je je aandacht en liefde wilt richten in deze periode van vasten.

[…]
Wij zingen nu het lied van de week dat de kinderen op de basisschool leerden in de week voor hun vakantie.
Lied Hemelhoog 389 (Ben je groot of ben je klein)

Woord
Met de kinderen – 40dagenproject “Beloofd land in zicht”
Kijk- en luisterlied Ga je met ons mee
1e lezing Exodus 12: 21-31 en 37-42

Schikking en opmaat naar de overdenking:
Een wijd uitlopende kom als open handen om Gods genade te kunnen ontvangen.
Een hoge zuil van snoeiafval die herinneringen oproept aan de voorbije zomer en herfst.
Later in de veertigdagentijd zal de zuil steeds groener worden, als hoop op een nieuwe lente.
De rode rozen symboliseren het bloed aan de deurposten uit het verhaal van lsraél aan het begin van de uittocht uit Egypte.
Dat teken van geloof in Gods woorden zorgde ervoor dat de engel van de dood aan hun huizen voorbij ging.

In de overdenking gaat het over het Pesach-verhaal.
Maar ik heb daarin ook verweven elementen uit het verhaal van de verzoeking van Jezus in de woestijn.
Hij wordt daarin verzocht om de macht te grijpen.
De macht over de wereld, de macht over het voedsel en de macht over het lot.
Na de overdenking gaat de uitleg verder in lied 395, waarin de lijn wordt doorgetrokken naar Jezus die Pèsach met zijn leerlingen viert.
De eerste strofe wordt voorgezongen, de erop volgende strofen zingen we met zijn allen.

Als opmaat naar de overdenking zingen we nu eerst lied 732: 2

Lied 723: 2 (O Heer, uw onweerstaanbaar woord)

Overdenking

Hij ziet het in hun ogen.
De verwarrende gevoelens.
Onzeker over het onbekende én voorzichtige hoop.
Voorzichtig durven denken over vrij zijn.
Ze willen weg, maar weten niet wat hen te wachten staat.
Hier weten ze waar ze aan toe zijn, maar het is uitzichtloos.
Slaven hebben geen toekomst.

Ze zijn onzeker: zullen ze niet teleurgesteld raken als het misgaat?
De woestijn is de enige uitweg, maar ook de plek waar je kunt sterven.
En hij denkt het zelf ook: hier heb je ten minste brood en water.
Maar een stem in hem zegt: er is meer dan brood alleen.
En als hij naar die stem luistert, dan ziet hij weer de hoop in hun ogen.

Hij ziet het in hun ogen, de huiver voor wat er gebeurt.
Farao lijkt te groot, hij weet het uit zijn opvoeding aan het hof.
Ze regeren in angst door macht en geweld.
En zeggen: zo willen de goden het!
Iets in hem zegt het ook: is niet alle macht aan die duivel van een farao?
Moet je dan tegen hem in gaan of hem juist te vriend houden?

Maar dan zegt die andere stem: ik ben er.
Jullie leven op heilige grond – ook in het slavenhuis, vertrouw op mij.

Hij huivert, én voelt hoop.
Hij is na 40 jaar terug in zijn geboorteland om zijn volk te bevrijden.
Maar hij hoeft alleen maar dwaze, onmachtige dingen te doen.
Stof in de lucht gooien, zijn staf uitstrekken over het water.

Zo leert hij: niet hij, Mozes, maar de Aanwezige staat in zijn liefde tegenover de macht van de angst.
Deze nacht staat de aanwezige tegenover de macht van de angst.
Angstland heeft geen toekomst meer.
De Aanwezige trekt door het land en daar verliest, daar sterft de angst.
Niet hij, Mozes, is de bevrijder, maar die vreemde, andere God, de Aanwezige.

Hij ziet het in hun ogen.
Een kleine vlam van hoop, van geloof misschien.
Ze luisteren naar zijn verhaal, zijn vreemde verhaal.
Ze zien zijn ontzag op zijn gezicht.
Ze verbazen zich, dat zij niet méér hoeven te doen dan klaar te staan.
Een dwaas, klein gebaar om te gaan klaar staan voor vertrek.
Wat zou er na 430 jaar anders zijn geworden?

Maar ze moeten hun nieuwsgierigheid bedwingen.
Niemand mag buiten zijn als de Heilige zijn ongekende gang gaat.
Als het kwaad machteloos blijkt, ten dode opgeschreven.
Want de Aanwezige is onverdraaglijk voor het menselijke oog.
Heilige grond waar de Ene gaat.

Wat vraagt hij nu van zijn volk, verzoeken ze God niet met hun dwaze gebaar?
Willen ze het lot naar hun hand zetten? Het lot tarten?
Maar ze staan klaar, ze gáán, ze geloven – open handen, open hart.
Niet omwille van hem, maar omwille van de woorden van de Aanwezige.
Waar de weg ook gaat
Een lam bereid.
Bloed op de deurpost – teken van hun vertrouwen in deze vreemde God.
Brood in de hand dat lang meegaat.
Klaar voor de reis.
Beloofd land in zicht. Amen.

Antwoord
Lied 395: 1, 2, 3, 4 (Op de avond, toen de uittocht uit Egypte werd gevierd)
Gedenken overledene
Zingen lied 23a: 1
Ons Onze Vader klinkt straks tijdens het tafelgebed.
Maar op deze zondag, klinkt het Onze Vader nóg een keer, na onze voorbeden.
In het Oekraïens: Otsje Natch.
Er zijn beelden bij die de zandtovenaar speciaal heeft verzorgd met het oog op wat erin de Oekraïne gebeurt.

Voorbeden in 3 intenties en gezongen acclamatie (lied 367e), stil gebed
Onze Vader in het Oekraïens, met beelden Zandtovenaar

Terugkeermoment van de kinderen en projectverbeelding

Maaltijdviering
Lied 385: 1, 2, 3 (De tafel van samen)
Tafelgebed (nr. 30 dienstboek) en Onze Vader
Viering van de maaltijd, zegening voor wie dat verlangt – instrumentale pianomuziek
Dankzegging

Gaan
Zegen
Lied 385: 4 (Wij vieren de maaltijd, wij vieren samen feest)

Predikant