Zwarte Piet revisited

SchimmelWie klopt daar?

Volgens een Wiki-pagina zijn er al heel wat jaren acties gaande om Zwarte Piet óf van kleur te doen veranderen óf uit te bannen als knecht van de Sint. In 2013 liep het hoog op: tot in de VN toe is er over Zwarte Piet gediscussieerd.
De jongste ontwikkeling werkt ernaar toe dat Zwarte Piet niet langer zwart is maar zwart is geworden door het roet in de schoorsteen: “Roetpiet”. Bovendien wordt er gepleit voor een groter gevolg van de Sint zodat de aandacht wordt afgeleid van onze brave Piet.
Of dit nu de oplossing is, is nog maar de vraag. De posities zijn diep ingegraven als het gaat om de duiding van Zwarte Piet. Het lijkt erop dat er nog een lange en taaie strijd te gaan is voor de mensen die zich gekwetst voelen door ‘het instituut Zwarte Piet’.

Het meest opvallende in het hele debat is dat niemand vragen stelt bij de Sint… Even leek deze kant van de kwestie voor het voetlicht te worden gebracht door een opmerking van Verene Shepherd, de VN-adviseur die vorig jaar onder vuur kwam te liggen. Maar ook zij trekt niet de conclusie dat er dus vragen zijn te stellen bij de positie en de rol van de Sint. Terwijl het probleem toch echt in de verhouding zit. Zonder meermachtige geen mindermachtige. Zonder een symbool van onderdrukking geen symbool van de onderdrukten. Alle betekenis wordt gegenereerd door verschil.

Aan Piet heeft het niet gelegen. Ook niet in het maken van het verschil.
Hij is door de jaren heen ontwikkeld en veranderd. Meegevoerd op de golven van de cultuur en de maatschappijkritiek. Geëmancipeerd: iedereen kan tegenwoordig Piet worden – man, vrouw, hetero, homo, lesbi, trans, groot, klein, jong, oud. Als één instituut inmiddels symbool zou kunnen staan voor een emancipatie-proces dan is het Piet wel. Daarentegen blijft Sint sereen op zijn schimmel zitten en blijft permanent blank en mannelijk.
Het is symptomatisch dat de kleur van Piet zó hardnekkig is, dat ook heel verstandige mensen verhit raken als het gaat om het zwarte van Piet. En het is op zijn minst veel zeggend als een zeer blonde politicus vindt dat juist de kleur van Piet wettelijk moet worden vastgelegd.
Het is ook symptomatisch dat voornamelijk blanke Nederlanders moord en brand schreeuwen dat met het verdwijnen van die zwarte kleur van Piet ‘hun’ cultuur hen wordt ontnomen. Het wordt hoog opgespeeld. Waarom ze dat doen? Omdat ze het kunnen*.
En Sint dan? Ze hebben de blanke Sint mee: hij speelt het goed. Hij laat in deze discussie zijn knecht de hete kastanjes uit het vuur halen.

Zwarte Piet wordt in de discussie de “geïdentificeerde patiënt” – degene waarvan inmiddels (bijna) iedereen vindt dat hij óf een probleem is, of tot een probleem wordt gemaakt. Piet toont de symptomen van het probleem – maar het probleem zit niet in hem zelf**.  Hij vertoont gedrag dat past bij een machtsongelijke relatie, die niemand zo wil benoemen. Wat hij ook doet, hij zal het probleem nooit kunnen oplossen als niet ook Sint in beweging komt. Pas als de meermachtige in deze relatie zijn positie opgeeft is er de mogelijkheid voor de mindermachtige om uit het gebied van manipulatie en onderdrukking te treden.

Het wordt tijd voor een ander denkpatroon: Sint moet om.
Zolang Sinterklaas wit, mannelijk, met – klassieke – ambtskledij getooid op het paard zit wordt zijn meermachtige positie bevestigd. Wie er ook in dat gevolg acteren. Ongeacht de kleur van de schmink.

Er kan wel degelijk een drastische verandering komen. Als Sint deze december zijn mijter en staf terzijde legt, en zich dienstbaar opstelt ten opzichte van zijn gevolg – bij voorbeeld door de voeten van Piet te wassen.

Zoetermeer, 5 oktober 2014
Nico de Lange

* Melanie McGrath, Onder het ijs, Vianen/Antwerpen 2012: The house of books, p. 126
**Edwin H. Friedman, Van geslacht op geslacht, Gorinchem 2001: Ekklesia, p. 25vv